Schooltoets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Voor groep 3 vindt afname van de toets plaats aan het einde van het schooljaar, voor groep 4 zowel in het midden als aan het einde van het schooljaar en voor...
Schooltoets met een afnamemoment aan het begin en in het midden van het schooljaar. Voor groep 7 vindt afname van de toets plaats in het midden van het schooljaar, voor groep 8 is dit zowel aan het begin als in het midden van het schooljaar....
Leesvaardigheidtoets met een afnamemoment aan het begin en in het midden van het schooljaar. Voor groep 7 vindt afname van de toets plaats in het midden van het schooljaar, voor groep 8 is dit zowel aan het begin als in het midden van het...
Toets bestaande uit twee parallelvormen, elk bestaande uit 100 woorden. De leerling heeft anderhalve minuut de tijd om woorden hardop zo snel en nauwkeurig mogelijk te lezen. De woorden lopen op in moeilijkheidsgraad van eenlettergrepige woorden...
Vragenlijst met 18 items zoals ‘wordt gemakkelijk afgeleid', ‘praat aan één stuk door'. Op vijfpuntsschalen van ‘niet' tot ‘zeer vaak' wordt door beide ouders, leerkrachten, groepsopvoeders of andere hulpverleners (die het gedrag van de jeugdige...
Twee schooltoetsen die niet gebonden zijn aan een bepaalde lees- of taalmethode. Bij de Letterclustertest met 27 items moet de leerling uit vier alternatieven de juiste lettercombinatie kiezen. Gedeeltelijk oplopende moeilijkheidsgraad. Bij de...
Schaal met 18 uitspraken over gezondheid en ziekte. Cliënt moet op een zespuntsschaal invullen in welke mate hij het met de uitspraak eens is. Er zijn drie subschalen: Interne oriëntatie, Artsoriëntatie en Kansoriëntatie met ieder zes items.
De batterij bestaat uit 11 onderdelen: 1. Algemene indruk (vrije observatie), 2. Inzicht in eigen functioneren, 3. Episodisch geheugen, 4. Oriëntatie, 5. Diapositieven-onderzoek, 6. Uitgestelde vrije reproductie, 7. Cijferen, 8. Hoofdrekenen,...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Vragenlijst met 26 items. Cliënt moet aangeven hoe vaak per maand bepaalde klachten zoals hoofdpijn, duizeligheid, gevoel flauw te vallen e.d. voorkomen. Frequentiescoring op een zespuntsschaal.