Schooltoets met 16 verplichte en 4 optionele taken voor taal. Het aantal multiple choice opgaven varieert per taak van 20 tot 130 opgaven. Er zijn in totaal 420 verplichte opgavenTaken per vakgebied met het aantal opgaven (optionele taken staan...
Persoonlijkheidsvragenlijst, die drie afzonderlijke domeinen meet: persoonlijkheidskenmerken, interpersoonlijke waarden en persoonlijke waarden. Deze benadering maakt het voor HR-professionals en psychologen mogelijk om potentiële discrepanties...
Observatieschaal bestaande uit 263 woorden en 11 zinnen gericht op de taalontwikkeling van het jonge kind. Ouders krijgen één tot twee weken de tijd om de lijst thuis in te vullen en te observeren welke woorden en zinnen hun kind actief en...
De toets bestaat uit 45 opdrachten voorafgegaan door een oefenitem. Het receptieve deel heeft 35 opdrachten waarbij het kind een plaatje moet aanwijzen en omvat Passieve Woordenschat, Definitievaardigheid (raadsels) en Kritisch luisteren. Het...
Vragenlijst met 25/21 items die verwijzen naar concreet gedrag, opvattingen en affect tussen een ouder en een kind. Op vijfpuntsschalen moet respondent aangeven in welke mate het gedrag voor komt of het item van toepassing is. M.b.v. een aparte...
Taal voor Kleuters bestaat uit twee schooltoetsen: een platenboek voor de jongste kleuters met 48 opdrachten en een platenboek voor de oudste kleuters met 56 opdrachten. Bij elke opdracht moet het goede plaatje worden aangestreept. Beide...
Ruimte en Tijd bestaat uit twee schooltoetsen met elk 42 opdrachten: een platenboek voor de jongste kleuters en een platenboek voor de oudste kleuters. Beide toetsen worden in twee of drie periodes afgenomen.Bij elke opdracht moet het goede...
Evaluatieschaal met 94 items die zes factoren omvat:1. Gebrek aan persoonlijke inzet van de leerkrachten (32 items); 2. Wanorde en passiviteit van de leerlingen (15 items); 3. Prestatiegerichtheid (10 items); 4. Individualisme van de leerlingen...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
Vragenlijst met 26 items. Cliënt moet aangeven hoe vaak per maand bepaalde klachten zoals hoofdpijn, duizeligheid, gevoel flauw te vallen e.d. voorkomen. Frequentiescoring op een zespuntsschaal.