Vragenlijst met 63 items in de vorm van korte omschrijvingen van bezigheden. De antwoordmogelijkheden zijn ‘past wel bij mij' of ‘past niet bij mij'. Er wordt onderscheid gemaakt naar acht interessegebieden/schalen:1) Muziek en ritme (7 items):...
Vragenlijst met 197 items waarop cliënt aangeeft met ‘waar', ‘?' of ‘onwaar' in hoeverre elke uitspraak voor hem kenmerkend is geweest gedurende de laatste vijf jaar. Daarnaast gaan 15 items de algemene criteria van een persoonlijkheidsstoornis...
De test bestaat uit drie subtests van de GIT: Cijferen, Legkaart en Woordmatrijs. Elke subtest heeft drie oefenitems, alle items worden aangeboden.
Vragenlijst met 26 items. Cliënt moet aangeven hoe vaak per maand bepaalde klachten zoals hoofdpijn, duizeligheid, gevoel flauw te vallen e.d. voorkomen. Frequentiescoring op een zespuntsschaal.
Schaal met 24 beweringen zoals ‘meer dan de gemiddelde persoon probeer ik erkenning te krijgen in groepen waartoe ik behoor'. Op vijfpuntsschalen geeft men aan in welke mate elke uitspraak van toepassing is. Een korte schriftelijke instructie...