Test bestaande uit drie subtests, ‘Matrices’, ‘Puzzels’ en ‘Gewichten’, van ieder 25 items. Bij ‘Matrices’ kijkt het kind naar een onvolledige matrix en selecteert uit acht antwoordopties het antwoord dat in het lege vak hoort en de matrix...
Vragenlijst met 56 items waarmee wordt beoogd persoonlijkheidseigenschappen te meten die van belang zijn voor het werk. Het instrument bevat zeven schalen met ieder acht items: ‘Intrinsieke prestatiemotivatie (Pi)’, ‘Extrinsieke...
De OPQ meet 32 persoonlijkheidsdimensies die zijn verdeeld over drie gedragsgebieden:1. Relaties met mensen, (Overtuigend, Leidinggevend, Direct, Onafhankelijk handelend, Extravert, Gesteld op contact, Zelfverzekerd, Bescheiden, Democratisch en...
Vragenlijst met 25/21 items die verwijzen naar concreet gedrag, opvattingen en affect tussen een ouder en een kind. Op vijfpuntsschalen moet respondent aangeven in welke mate het gedrag voor komt of het item van toepassing is. M.b.v. een aparte...
Deze toets maakt deel uit van het DLE Leerlingvolgsysteem en vervangt de Tempo Test Rekenen, (De Vos, 1992). Hij bestaat uit 200 in moeilijkheidsgraad oplopende sommen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen tot 100. Hierbij zijn...
Vragenlijst met 115 items die betrekking hebben op verschillende sociale rollen zoals zelfverzorging, burgerrol, gezinsrol, familierol, partnerrol, ouderrol, sociale rol, beroepsrol. Er zijn 10 stroomdiagramvragen aan de hand waarvan de...
De CPZ bestaat uit twee delen:A. een vragenlijst met 109 items die het gebruik van vocale en non-vocale communicatievormen in de dagelijkse leefwereld gedurende de laatste twee maanden inventariseert. De lijst wordt vanuit het geheugen...
De test bestaat uit 225 paren van uitspraken in de ik-vorm. Cliënt moet steeds aangeven welke van de twee beweringen het meest op hem van toepassing is. De test omvat 16 variabelen ontleend aan het need-systeem van H.A. Murray:...