Adaptieve cognitieve vaardighedentest met drie subtests: Figurenreeksen, Matrices en Cijferreeksen. Omdat het een per computer af te nemen adaptieve test (CAT) betreft, krijgt elke kandidaat minimaal 10 en maximaal 15 items uit elke subtest...
Vragenlijst bestaand uit drie versies: één voor ouders (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 17 jaar), één voor leerkrachten (van kinderen in de leeftijd van 5 tot en met 11 jaar) en een zelfrapportagevragenlijst voor kinderen van 11 tot...
Schooltoets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Er zijn vier digitale toetsen: twee Standaardtoetsen (voor groep 1 en 2) en twee Adaptieve toetsen (voor groep 1 en groep 2) Per leerjaar wordt de Standaard- of...
Schooltoets met een afnamemoment in het midden en aan het einde van het schooljaar. Er is een aparte toets voor groep 1 en groep 2, per leerjaar wordt dezelfde toets twee keer afgenomen. De toets voor groep 1 bestaat uit 24 opgaven, de toets...
De COVAAR II is een cognitieve vaardighedentest opgebouwd uit drie subtests met elk acht items:- Verbale Analogieën.- Figuratieve Reeksen.- Analogieën met symbolen.De items van de drie subtests staan door elkaar heen. Voorafgaand aan de test...
De test bestaat uit 21 opzetfiguren van verschillende leeftijd, vorm en grootte: 4 vrouwen, 4 mannen, 5 meisjes, 5 jongens, een peuter, een baby en een Meneer Niemand. Het kind wordt gevraagd hieruit zijn eigen gezin of groep belangrijke...
Test waarbij de gezinsrelaties ruimtelijk worden uitgebeeld d.m.v. het plaaatsen van schematische houten figuren, mannelijke en vrouwelijke. De afstand tussen de figuren geeft de gezinscohesie weer en de hoogteverschillen geven de hiërarchie...
De test bestaat uit een blad met 33 regels van elk 24 figuren met 3, 4 of 5 stippen. De 4-stip figuren zijn voor 50% vierkant en voor 50% ruitvormig. Men moet zo snel mogelijk, ononderbroken, alle 4-stip figuren doorstrepen. Er zijn twee oefenregels.
Evaluatieschaal met 77 items gebaseerd op het model van Leary (1957) voor interpersoonlijk gedrag. De uitspraken worden beantwoord op vijfpuntsschalen door de leerlingen (hoe zij de leerkracht zien) en door de leerkracht (hoe deze zichzelf...
Patiënt moet bij 168 pijnwoorden uit de Nederlandse Pijnwoorden Lijst (Zant en Kolman) met ‘wel' of ‘niet' aangeven of hij/zij deze woorden wel eens gebruikt voor de beschrijving van zijn/haar pijn. 23 pijnwoorden hieruit vormen samen de...