Test bestaande uit twee delen met elk 12 items, de subtest FoneemWeglating (FW) en FoneemVerwisseling (FV). De items van FW bestaan uit een woord dat het kind moet uitspreken waarbij een gedeelte van het woord weggelaten moet worden. De items...
Methode bestaande uit twee parallelvormen A en B, elk met 45 opgaven. De opgaven zijn in groepen van 5 verdeeld over negen schalen:1. Vergelijken: het vergelijken van objecten op kwalitatieve en kwantitatieve kenmerken.2. Hoeveelheden koppelen:...
Vragenlijst bestaand uit 32 items. De items bestaan uit onafgemaakte zinnen, waarbij de cliënt de zin afmaakt zoals hij dat zelf wil. Voorbeeld item 8: "Ik kom in de problemen door...".De ZALC is gebaseerd op de theorie van J. Loevinger (1976,...
Schooltoets in de vorm van een invuldictee. De leerling moet weggelaten werkwoordsvormen in twintig zinnen invullen. De zinnen worden voorgelezen. Er werden alleen vervoegingen met ‘dt', ‘dd' en ‘tt' opgenomen. De schooltoets kan worden gebruikt...
Test met 6 subtests: Regel-wisseltest, Actie-plantest, Sleutel-zoektest, Dierentuin-plattegrondtest, Temporele-schattingtest, Vereenvoudigde Zes-elemententest. Bij de test hoort de DEX vragenlijst met 20 items m.b.t. emotionele en...
De vragenlijst is gebaseerd op het stressmodel van Lazarus (1970) en de attributietheorie van Weiner (1972) en bestaat uit vier delen:A. Subjectieve Gezinsbelasting; vragenlijst met acht categorieën zoals Acceptatie, Aankunnen, Problemen hebben...
Begeleidingsinstrument met 20 items die vier subschalen omvatten: Subjectieve moeheid (8 items), Concentratie (5 items), Motivatie (4 items) en Lichamelijke activiteit (3 items). Op zevenpuntsschalen van "ja, dat klopt" tot "nee, dat klopt...
De vragenlijst is gebaseerd op de theorie van N. Chodorow (1978, 1989) en de DPD-kenmerken uit de DSM-III-R en bestaat uit 50 items die beantwoord moeten worden op zevenpuntsschalen, van ‘absoluut niet' via ‘middelmatig' tot ‘helemaal'. Er zijn...
Inhoud, vorm, materiaal en opdracht van de test: zevenpunts-items bestaande uit polaire adjectiva met begrippen.
De test bestaat uit drie equivalente series van 10 kaarten met getekende figuren in opklimmende graad van complexiteit. Er zijn vier wijzen van testafname: A. elke figuur wordt 10 sec. aangeboden, daarna uit geheugen tekenen; B. elke figuur...