Methode bestaande uit twee parallelvormen A en B, elk met 45 opgaven. De opgaven zijn in groepen van 5 verdeeld over negen schalen:1. Vergelijken: het vergelijken van objecten op kwalitatieve en kwantitatieve kenmerken.2. Hoeveelheden koppelen:...
Vragenlijst met 18 items zoals ‘wordt gemakkelijk afgeleid', ‘praat aan één stuk door'. Op vijfpuntsschalen van ‘niet' tot ‘zeer vaak' wordt door beide ouders, leerkrachten, groepsopvoeders of andere hulpverleners (die het gedrag van de jeugdige...
Vragenlijst bestaand uit 32 items. De items bestaan uit onafgemaakte zinnen, waarbij de cliënt de zin afmaakt zoals hij dat zelf wil. Voorbeeld item 8: "Ik kom in de problemen door...".De ZALC is gebaseerd op de theorie van J. Loevinger (1976,...
Vragenlijst met twaalf items gericht op de herkenning van de meest geschikte leiderschapsstijl in een gegeven situatie. Het instrument bestaat uit vier subschalen: Opdrachtstijl, Overtuigstijl, Participatiestijl en Delegatiestijl. De totaalscore...
Test met 6 subtests: Regel-wisseltest, Actie-plantest, Sleutel-zoektest, Dierentuin-plattegrondtest, Temporele-schattingtest, Vereenvoudigde Zes-elemententest. Bij de test hoort de DEX vragenlijst met 20 items m.b.t. emotionele en...
Schaal met 22 items die betrekking hebben op in het dagelijks leven direct waarneembare vormen van grove motoriek zoals zitten, lopen, wandelen etc. Oplopende moeilijkheidsgraad.De SMZ dient ingevuld te worden door iemand die betrokkene goed...
De beoordelingsschaal bestaat uit een kindervragenlijst en een corresponderende oudervragenlijst. Er zijn drie versies, resp. voor 6-8, 9-12 en 13-17 jaar. Alleen de versie 13-17 jaar is gereed voor (experimenteel) gebruik. De vragenlijst is...
Observatieschaal met 22 items die betrekking hebben op vijf factoren: Gestoorde mobiliteit, Verbale klachten, Niet-verbale klachten, Zenuwachtigheid en Depressiviteit. Getrainde verpleegkundigen die goed contact hebben met de patiënt vullen het...
Screeningsinstrument bestaand uit drie subtests, 1. Visueel geheugen, vijf objecten moeten worden onthouden en aangewezen op platen met vier alternatieven; 2. Oriëntatie voor tijd en plaats; 3. Fluency, zoveel mogelijk dieren, resp. beroepen...