Adaptieve vragenlijst met in totaal 116 items, waarvan gemiddeld 39 items per testafname worden gemaakt. Alle items zijn analogieën, waarbij uit de vijf antwoordmogelijkheden het ontbrekende woord moet worden gekozen. Voorbeeld van een item:...
Testserie bestaande uit drie onderdelen:- Numerieke Aanleg Test (NAT):* Rekenvaardigheid: test bestaande uit 80 rekenopgaven, waarbij het juiste antwoord gekozen moet worden uit vier antwoordmogelijkheden.* Cijferreeksen: test bestaande uit 26...
Vragenlijst bestaand uit 32 items. De items bestaan uit onafgemaakte zinnen, waarbij de cliënt de zin afmaakt zoals hij dat zelf wil. Voorbeeld item 8: "Ik kom in de problemen door...".De ZALC is gebaseerd op de theorie van J. Loevinger (1976,...
De SBL-s is de selectieversie van de SBL, zie 33.7.De SBL-s heeft 52 items, en wordt gepresenteerd als interessevragenlijst. De respondent moet het antwoord aankruisen op een zevenpuntsschaal, van ‘volstrekt mee oneens' tot ‘volstrekt mee eens'....
Test met 6 subtests: Regel-wisseltest, Actie-plantest, Sleutel-zoektest, Dierentuin-plattegrondtest, Temporele-schattingtest, Vereenvoudigde Zes-elemententest. Bij de test hoort de DEX vragenlijst met 20 items m.b.t. emotionele en...
Schooltoets bestaand uit vier woordleeskaarten met 30 tot 33 items van gelijk moeilijkheidsniveau per kaart. De kaarten lopen geleidelijk op w.b. complexiteit van de orthografische structuren. Het bereik komt globaal overeen met AVI-niveaus 1...
Vragenlijst met 68 items, gepresenteerd als interessevragenlijst. Respondent moet antwoord aankruisen op een vijfpuntsschaal, van ‘helemaal mee eens' tot ‘helemaal mee oneens'. Vier subschalen: TAS (thrill and adventure seeking, 12 items), ES...
De vragenlijst is gebaseerd op de Sociale Leertheorie van Rotter en bestaat uit zeven sets subschalen (sets van 5 tot 21 items): 1. Psychosexuele stimuli, 2. Attractie tot huwelijk/ relatie, 3. Engsexuele motivatie, 4. Beleving, 5. Gedrag, 6....
Test gebaseerd op het werkgeheugen model van Baddeley (1986) waarbij sterretjes afwisselend voorwaarts en achterwaarts geteld moeten worden. Bij 12 items moet na een plusteken voorwaarts en na een minteken achterwaarts worden geteld en bij 10...
De schaal bestaat uit 24 multiple-choice items die naar vier sociale situaties verwijzen, t.w. A. sociale interactiesituaties waarin men opvalt; B. beoordelingssituaties; C. nieuwe en onverwachte situaties en D. gezelligheids- en informele...