Test bestaande uit elf subtests, een ‘Observatieschaal’, een ‘Pragmatiekprofiel’ en een ‘Checklist Pragmatiek in Activiteiten’:‘Zinnen Begrijpen’ (‘ZB’, 25 items): een afbeelding aanwijzen die de mondeling aangeboden zin weergeeft.‘Linguïstische...
Vragenlijst met 33 items gericht op eetgedrag met vijf antwoordalternatieven: nooit (1), zelden (2), soms (3), vaak (4) en zeer vaak (5). Een voorbeelditem is: ‘Als u iets tegenzit of verkeerd gaat, heb u dan zin om iets te eten?' De NVE bestaat...
Test bestaande uit twee delen met elk 12 items, de subtest FoneemWeglating (FW) en FoneemVerwisseling (FV). De items van FW bestaan uit een woord dat het kind moet uitspreken waarbij een gedeelte van het woord weggelaten moet worden. De items...
Test bestaande uit 18 subtests:- Begrippen en Aanwijzingen Volgen (BAV): voorwerpen in het opgavenboek aanwijzen na mondelinge instructie.- Woordstructuur (WS): een zin aanvullen met de gevraagde woordvorm.- Zinnen Herhalen (ZH): het nazeggen...
Methode bestaande uit twee oefenitems en zes scenario's. Een scenario is een alledaagse communicatieve setting, bestaande uit drie opeenvolgende situaties (items). Elk item bestaat uit een tekening van de situatie en een tekst die auditief wordt...
Vragenlijst bestaande uit 33 items met vijf antwoordalternatieven. Drie theorieën liggen aan de vragenlijst ten grondslag: de psychosomatische theorie, de externaliteitstheorie en de theorie van lijngericht eetgedrag. Op basis van het gevonden...
Vragenlijst met 110 items die acht schalen omvatten: Extrinsieke prestatiemotivatie, Intrinsieke prestatiemotivatie, Studiemotivatie, Negatieve faalangst, Positieve faalangst, Doortastend, Doelgericht en Risiconemend, 10 tot 27 items per...
Uitgebreide neuropsychologische batterij van 29 onderdelen die in drie sessies wordt afgenomen in voorgeschreven volgorde. Op meer manieren en op verschillende tijdstippen worden cognitieve functies met wisselende moeilijkheidsgraad gemeten. De...
Vragenlijst met 64 items die op zevenpuntsschalen van ‘zeer slecht van toepassing' tot ‘zeer goed van toepassing' beantwoord moeten worden. De items omvatten vier factoren: Manipuleren (21 items), Recht door Zee (12 items), Assertiviteit (13...
Observatieschaal in te vullen door de leerkracht. Omvat de subschalen Tijdsbegrip, Ruimtebegrip, Voorwaarden voor getalbegrip, Motoriek, Geheugen, Sociale cognitie, Taal, Spelontwikkeling, Zelfredzaamheid, Leesvoorwaarden en Sociaal-emotionele...