Vragenlijst met 33 items gericht op eetgedrag met vijf antwoordalternatieven: nooit (1), zelden (2), soms (3), vaak (4) en zeer vaak (5). Een voorbeelditem is: ‘Als u iets tegenzit of verkeerd gaat, heb u dan zin om iets te eten?' De NVE bestaat...
Methode bestaande uit twee oefenitems en zes scenario's. Een scenario is een alledaagse communicatieve setting, bestaande uit drie opeenvolgende situaties (items). Elk item bestaat uit een tekening van de situatie en een tekst die auditief wordt...
Vragenlijst bestaande uit 33 items met vijf antwoordalternatieven. Drie theorieën liggen aan de vragenlijst ten grondslag: de psychosomatische theorie, de externaliteitstheorie en de theorie van lijngericht eetgedrag. Op basis van het gevonden...
De test, die wordt gepresenteerd als een geheugen- en concentratietest, bestaat uit 30 opgaven: een pagina met vijf stimuluswoorden, een pagina met een optel- of aftreksom en een pagina met vijf responswoorden. De eerste vijf woorden moeten...
Schooltoets bestaand uit een set van zeven werkbladen voor elke leerling met plaatjes, blokjes, stippen e.d. De leerling moet verschillende opdrachten uitvoeren. De voorwaardentoetsen worden gebruikt om inzicht te krijgen in de kans van slagen...
Vragenlijst met 78 items die vier subschalen omvatten: Studiewaardering, Zelfvertrouwen, Faalangst, Studievermijding/inzet. De items worden beantwoord op vijfpuntsschalen van ‘(bijna) nooit' tot ‘(bijna) altijd'. Er is ook een p.c.-versie.De...
Vragenlijst met 64 items die op zevenpuntsschalen van ‘zeer slecht van toepassing' tot ‘zeer goed van toepassing' beantwoord moeten worden. De items omvatten vier factoren: Manipuleren (21 items), Recht door Zee (12 items), Assertiviteit (13...
Screeningsinstrument bestaand uit drie subtests, 1. Visueel geheugen, vijf objecten moeten worden onthouden en aangewezen op platen met vier alternatieven; 2. Oriëntatie voor tijd en plaats; 3. Fluency, zoveel mogelijk dieren, resp. beroepen...
De observatieschaal bestaat uit 120 zevenpuntsschalen waarop de beoordelaar steeds een gedragsaspect van de jeugdige moet scoren. De schalen vormen samen 10 min of meer geïntercorreleerde gedragspatronen (gebaseerd op voorlopige patronen van...
Twee schalen: Vropsom-M en Vropsom-O. Elke lijst bestaat uit 22 woorden die een dysfoor gevoel uitdrukken en 12 woorden die een eufoor gevoel betreffen. Men moet die woorden aankruisen die aangeven hoe men zich meestal voelt. De VROPSOM-lijsten...