Leervorderingentoets die meet wat een leerling in leerjaar één van het voortgezet onderwijs heeft geleerd in vergelijking met andere leerlingen op het gebied van de volgende kernvaardigheden: Nederlands leesvaardigheid, Nederlands woordenschat,...
Vragenlijst met 33 items gericht op eetgedrag met vijf antwoordalternatieven: nooit (1), zelden (2), soms (3), vaak (4) en zeer vaak (5). Een voorbeelditem is: ‘Als u iets tegenzit of verkeerd gaat, heb u dan zin om iets te eten?' De NVE bestaat...
Methode bestaande uit twee oefenitems en zes scenario's. Een scenario is een alledaagse communicatieve setting, bestaande uit drie opeenvolgende situaties (items). Elk item bestaat uit een tekening van de situatie en een tekst die auditief wordt...
Vragenlijst bestaande uit 33 items met vijf antwoordalternatieven. Drie theorieën liggen aan de vragenlijst ten grondslag: de psychosomatische theorie, de externaliteitstheorie en de theorie van lijngericht eetgedrag. Op basis van het gevonden...
De schooltoets bestaat uit twee schalen. De Schaal Betekenisrelaties, SBR, meet in hoeverre inhoudelijke verbanden tussen delen van de tekst kunnen worden gelegd. De Schaal Verwijsrelaties, SVR, meet het begrijpen van relaties tussen...
Vragenlijst met 64 items die op zevenpuntsschalen van ‘zeer slecht van toepassing' tot ‘zeer goed van toepassing' beantwoord moeten worden. De items omvatten vier factoren: Manipuleren (21 items), Recht door Zee (12 items), Assertiviteit (13...
Vragenlijst met 21 items betreffende de basale aspecten van fysieke hedonie. Cliënt moet op een vierpuntsschaal aangeven in welke mate de belevingen de laatste tijd op hem van toepassing zijn.
De vragenlijst (gebaseerd op de theorie van Minuchin) t.b.v. gezinstherapie bevat 73 items met zes antwoordalternatieven. Er wordt gevraagd naar de beleving van de gezinsinteractie. De drie schalen Conflict, Cohesie en Desorganisatie zijn elk op...
De test heeft verschillende vormen voor kleuters, schoolkinderen en volwassenen. De testopgaven bestaan uit één normfiguur en vier tot acht varianten hiervan, waarvan er één identiek is aan de normfiguur. Men moet de identieke figuur kiezen.