Vragenlijst met 48 vragen (12 items per subschaal). Het instrument heeft de volgende vier subschalen:Eenzaamheid in de relatie met de ouders (EO).Eenzaamheid in de relaties met leeftijdsgenoten (EL).Aversie tegenover alleen zijn (AN).Affiniteit...
Vragenlijst met 33 items gericht op eetgedrag met vijf antwoordalternatieven: nooit (1), zelden (2), soms (3), vaak (4) en zeer vaak (5). Een voorbeelditem is: ‘Als u iets tegenzit of verkeerd gaat, heb u dan zin om iets te eten?' De NVE bestaat...
Methode bestaande uit twee oefenitems en zes scenario's. Een scenario is een alledaagse communicatieve setting, bestaande uit drie opeenvolgende situaties (items). Elk item bestaat uit een tekening van de situatie en een tekst die auditief wordt...
Vragenlijst bestaande uit 33 items met vijf antwoordalternatieven. Drie theorieën liggen aan de vragenlijst ten grondslag: de psychosomatische theorie, de externaliteitstheorie en de theorie van lijngericht eetgedrag. Op basis van het gevonden...
Test bestaande uit zes subtests:1. Telrij kennen: telwoorden kennen, tactiel tellen, tellen met een bovengrens/ondergrens, tellen met een boven- en ondergrens en met sprongen tellen.2. Tellen: telvolgorde correct aanhouden, 1-1 correspondentie,...
De NDT-2003 kan als opvolger van de IBO Differentiatietest (1979) worden beschouwd en bestaat uit 9 subtests, die 10 opdrachten bevatten. Hieruit worden vijf factoren afgeleid:1. Redeneervermogen (Reeksen en Figuren); 2. Verbaal vermogen (Zinnen...
Vragenlijst (240 items) die ook de subschalen N, E, O, A en C omvat en tevens per subschaal zes belangrijke eigenschappen/facetten meet die die domeinen definiëren (bijvoorbeeld bij de subschaal Neuroticisme de facetten Angst, Ergernis,...
Vragenlijst met 14 items met betrekking tot catastrofale gedachten over mogelijke consequenties bij een angstaanval. Respondent moet aangeven op een vijfpuntsschaal (van ‘nooit' tot ‘altijd') hoe vaak iedere gedachte voorkomt bij angst of...
Vragenlijst met 64 items die op zevenpuntsschalen van ‘zeer slecht van toepassing' tot ‘zeer goed van toepassing' beantwoord moeten worden. De items omvatten vier factoren: Manipuleren (21 items), Recht door Zee (12 items), Assertiviteit (13...
De schaal omvat vier subschalen met elk 12 items: EO, eenzaamheid in de relatie met ouders; EL, eenzaamheid in de relatie met leeftijdgenoten; AN, aversie tegen of negatief beleefd alleen-zijn; AP, affiniteit voor of positief beleefd...