Testbatterij met acht tests gericht op intellectuele capaciteiten:- Figurenreeksen: 30 reeksen van 4 figuren waarbij de kandidaat de logische voortzetting van de reeks uit vijf antwoordalternatieven kiest. Deze test meet het abstract...
Testbatterij met negen tests gericht op het meten van intellectuele capaciteiten:- Denken met Figuren: meet visueel abstractievermogen; 30 reeksen van vier figuren. Keuze uit een van vijf alternatieven die de reeks op logische wijze afmaakt.-...
Vragenlijst van 30 items die vijf subschalen met elk 5 items omvatten: Ondersteuning in het werk, Autonomie bij de werkzaamheden, Relaties met collega's, Aard van het werk en Arbeidsvoorwaarden. De werknemer moet op een vijfpuntsschaal aangeven...
Vragenlijst van 30 items die vijf subschalen met elk 5 items omvatten: Ondersteuning in het werk, Autonomie bij de werkzaamheden, Relaties met collega's, Aard van het werk en Arbeidsvoorwaarden. De leerkracht moet op een vijfpuntsschaal aangeven...
Begeleidingsinstrument dat door de groepsleerkrachten van groep 1 t/m 8 elk schooljaar na de herfstvakantie voor alle leerlingen wordt ingevuld. Er zijn 27 vragen met vijf antwoordmogelijkheden, van 'altijd' (in meer dan 80% van de gevallen)...
Observatieschaal in te vullen door (2) ziekenverzorgers/verpleegkundigen die de patiënt dagelijks meemaken. Er zijn 14 subschalen met totaal 82 items met vier antwoordcategorieën. De schalen zijn afzonderlijk toe te passen en betreffen het...
De TTL bestaat uit twee onderdelen: Zinnen en Woorden.Zinnen: schooltoets bestaand uit twee leeskaarten die niet aan een leesmethode gebonden zijn. Hoofdkaart A heeft een zakelijk/opsommend karakter en klimt op in moeilijkheidsgraad. De tekst...
De batterij bestaat uit 11 onderdelen: 1. Algemene indruk (vrije observatie), 2. Inzicht in eigen functioneren, 3. Episodisch geheugen, 4. Oriëntatie, 5. Diapositieven-onderzoek, 6. Uitgestelde vrije reproductie, 7. Cijferen, 8. Hoofdrekenen,...
Gedurende een zeer korte tijd (1/4 sec.) wordt op een projectiescherm een diabeeld aangeboden. Men moet vaststellen welke objecten zijn waargenomen. Op het antwoordformulier moet men een kruisje zetten bij ieder waargenomen object. Zes objecten...