Schaal met 31 in de dagelijkse omgang waarneembare items. Invulling door de dagelijkse begeleiders. Elk item is onderverdeeld in vier in moeilijkheid oplopende subitems. De SRZ heeft vier subschalen: Zelfredzaamheid (Z, 12 items), Taalgebruik...
Schaal met 31 in de dagelijkse omgang waarneembare items. In een gestructureerd vraaggesprek met ouders, verzorgers of begeleiders worden de items van de SRZ-i ingevuld. Elk item is onderverdeeld in vier in moeilijkheidsgraad oplopende subitems....
De schaal wordt als interview afgenomen bij ouder, verzorger of begeleider die het kind goed kent. De afname dient het karakter van een gesprek te hebben; er wordt doorgevraagd naar wat het kind/de jeugdige feitelijk doet, tot de items gescoord...
De test is ontwikkeld vanuit het tweede deel van het Standaard Reactie Instrument, SRI, in het kader van het Reactie Patronen Onderzoek (Rink 1999).De ASL bestaat uit 28 situatiebeschrijvingen. Deze situatiebeschrijvingen bevatten steeds één van...
Drie taakgerichte schooltoetsen die bepaalde aspecten van begrijpend lezen beogen te meten, nl. identificeren/afleiden van een hoger begrip uit een aantal concrete begrippen (Begrippenlijst, 28 items), het begrijpen van de betekenis van...
Vragenlijst met 36 items die acht subschalen omvatten:Fysiek functioneren (10 items), Sociaal functioneren (2 items), Rolbeperkingen door fysiek probleem (4 items), Rolbeperkingen door emotioneel probleem (3 items), Mentale gezondheid (5 items),...
Vragenlijst met 36 items die acht subschalen omvatten:Fysiek functioneren (10 items), Sociaal functioneren (2 items), Rolbeperkingen door fysiek probleem (4 items), Rolbeperkingen door emotioneel probleem (3 items), Mentale gezondheid (5...
Deze schaal is een uitbreiding naar boven van de SRZ en bevat 63 items, verdeeld over drie subschalen: Zelfredzaamheid I (15 items), Zelfredzaamheid II (15 items) en Verbaal-Numeriek (17 items) en 16 restitems (R).De SRZ-P dient ingevuld te...
Schaal met 44 items. Men beantwoordt op visueel analoge schalen (van "doe ik nooit" tot "doe ik altijd") in hoeverre men gebruik maakt van de volgende copingstrategieën: 1. Aandacht afleiden, 2. Herinterpreteren van pijnsensaties, 3. Zelf...
De batterij bestaat uit 11 onderdelen: 1. Algemene indruk (vrije observatie), 2. Inzicht in eigen functioneren, 3. Episodisch geheugen, 4. Oriëntatie, 5. Diapositieven-onderzoek, 6. Uitgestelde vrije reproductie, 7. Cijferen, 8. Hoofdrekenen,...