Observatieschaal bestaande uit 263 woorden en 11 zinnen gericht op de taalontwikkeling van het jonge kind. Ouders krijgen één tot twee weken de tijd om de lijst thuis in te vullen en te observeren welke woorden en zinnen hun kind actief en...
De toets bestaat uit 45 opdrachten voorafgegaan door een oefenitem. Het receptieve deel heeft 35 opdrachten waarbij het kind een plaatje moet aanwijzen en omvat Passieve Woordenschat, Definitievaardigheid (raadsels) en Kritisch luisteren. Het...
Taal voor Kleuters bestaat uit twee schooltoetsen: een platenboek voor de jongste kleuters met 48 opdrachten en een platenboek voor de oudste kleuters met 56 opdrachten. Bij elke opdracht moet het goede plaatje worden aangestreept. Beide...
De test bestaat uit 21 opzetfiguren van verschillende leeftijd, vorm en grootte: 4 vrouwen, 4 mannen, 5 meisjes, 5 jongens, een peuter, een baby en een Meneer Niemand. Het kind wordt gevraagd hieruit zijn eigen gezin of groep belangrijke...
Vragenlijst ontworpen op basis van de theorie van C.G. Jung. Er zijn 94 items waarbij gevraagd wordt uit twee antwoordmogelijkheden te kiezen. De items omvatten vier subschalen met tegengestelde polen: Extraversie-Introversie (waarop wordt de...
Test met 87 items waarbij een in moeilijkheidsgraad opklimmende reeks van reactietaken (12 secties) aan het kind wordt voorgelegd. Het materiaal bestaat uit een koffer met 11 zakjes met (miniatuur)voorwerpen, miniatuurfiguren en een plaat met...
Observatieschaal met 16 items die bezigheden omschrijven m.b.t. onthouden en nadenken. Aan de informant (familielid of verzorgende) wordt gevraagd op vijfpuntsschalen, van "veel beter" via "niet veranderd" tot "veel slechter", aan te geven...
De batterij bestaat uit 11 onderdelen: 1. Algemene indruk (vrije observatie), 2. Inzicht in eigen functioneren, 3. Episodisch geheugen, 4. Oriëntatie, 5. Diapositieven-onderzoek, 6. Uitgestelde vrije reproductie, 7. Cijferen, 8. Hoofdrekenen,...
Observatieschaal met 39 items die door de leerkracht worden gescoord op een vierpuntsschaal van ‘helemaal niet' tot ‘heel vaak'. De items betreffen gedrag in de klas, participatie in de groep en houding tegenover autoriteit en omvatten vijf...
De schaal bestaat uit 24 multiple-choice items die naar vier sociale situaties verwijzen, t.w. A. sociale interactiesituaties waarin men opvalt; B. beoordelingssituaties; C. nieuwe en onverwachte situaties en D. gezelligheids- en informele...