Vragenlijst met 90 items waarmee wordt beoogd twee persoonlijkheidskenmerken te meten, te weten Neuroticisme, dat wordt omschreven als ‘de in de persoonlijkheid gelegen geneigdheid om onplezierige, negatieve gevoelens en gedachten te ervaren’ en...
Persoonlijkheidsvragenlijst specifiek voor de klinische praktijk. De vragenlijst meet de volgende zes persoonlijkheidskenmerken; Negativisme (NEG), Somatisering (SOM), Verlegenheid (VER), Ernstige Psychopathologie (PSY), Extraversie (EXT) en...
Persoonlijkheidsvragenlijst met 315 vragen (uitspraken) met vijf antwoordopties, waarbij de kandidaat moet aangeven in welke mate hij het met de uitspraak eens is (helemaal niet - in beperkte mate - redelijk - in sterke mate - helemaal). Een...
Persoonlijkheidsvragenlijst met 170 vragen (uitspraken) met vijf antwoordopties, waarbij de kandidaat moet aangeven in welke mate hij het met de uitspraak eens is (helemaal niet - in beperkte mate - redelijk - in sterke mate - helemaal). Een...
Vragenlijst gericht op cognitieve en sociaal-emotionele condities voor onderwijsleersituaties. Er wordt hierbij onderscheid gemaakt tussen directe en indirecte voorwaarden. De directe leervoorwaarden (42 items) zijn in zes domeinen verdeeld:1....
Test bestaande uit de Big Five-factoren en de toegevoegde factor Integriteit. Daarnaast zijn er zeven onderliggende schalen (minor-schalen):FactorenMinor-schalenExtraversie (E)Initiatief (E1)Stabiliteit (S) Vriendelijkheid (V)Assertiviteit...
Test bestaande uit een lijst met 30 eigenschappen, waarbij aangegeven moet worden in welke mate de respondent denkt dat deze eigenschap bij zichzelf aanwezig is. Antwoorden worden gegeven op een zevenpuntsschaal, lopend van ‘klopt helemaal niet'...
Begeleidingsinstrument met 20 vragen die op vijfpuntsschalen (van ‘nooit' tot ‘altijd') beantwoord moeten worden.De lijst kan worden afgenomen en geïnterpreteerd door studie-adviseurs en studentenpsy-chologen, maar ook door de student zelf.
Beoordelingsschaal met 12 items betreffende de aan- of afwezigheid van gemiddeld-normaal gedrag (contact leggen, actief taalgebruik) of ongewoon c.q. gestoord gedrag (stereotypie-en, automutilatie enz.).
De batterij bestaat uit 11 onderdelen: 1. Algemene indruk (vrije observatie), 2. Inzicht in eigen functioneren, 3. Episodisch geheugen, 4. Oriëntatie, 5. Diapositieven-onderzoek, 6. Uitgestelde vrije reproductie, 7. Cijferen, 8. Hoofdrekenen,...