Het Screeningsinstrument Beginnende Geletterdheid bevat een adaptieve digitale toets voor het meten van fonologisch bewustzijn in de groepen 2 en 3, een digitale toets voor receptieve letterkennis in groep 2 en begin groep 3 en een papieren...
Toets voor het meten van het niveau van mondelinge taalontwikkeling bij peuters. De taalontwikkeling is hierbij ingedeeld in vier categorieën:- Passieve woordenschat (15 items);- Definitievaardigheid (12 items);- Kritisch luisteren (8 items);-...
Vragenlijst bestaande uit 45 items met 5 antwoordmogelijkheden: ‘nooit', ‘zelden', ‘soms', ‘regelmatig' en ‘bijna altijd'. De items hebben betrekking op 3 schalen: symptomatische distress (intrapsychisch functioneren; 25 items), het...
Schooltoets met 17 subtoetsen betreffende visuele discriminatie, -analyse en -synthese, letter-klankkoppeling, zinsegmentatie, enz. In de voorbereidende fase worden de subtoetsen vnl. leerdoelgericht gebruikt. In de aanvankelijke fase kunnen de...
Test met negen kaarten met getekende figuren of configuraties. De eerste kaart dient ter introductie. Opdracht: de gegeven figuren natekenen. Wordt o.a. gebruikt voor de screening op hersenorganiciteit.
De batterij bestaat uit 11 onderdelen: 1. Algemene indruk (vrije observatie), 2. Inzicht in eigen functioneren, 3. Episodisch geheugen, 4. Oriëntatie, 5. Diapositieven-onderzoek, 6. Uitgestelde vrije reproductie, 7. Cijferen, 8. Hoofdrekenen,...
Patiënt moet bij 168 pijnwoorden uit de Nederlandse Pijnwoorden Lijst (Zant en Kolman) met ‘wel' of ‘niet' aangeven of hij/zij deze woorden wel eens gebruikt voor de beschrijving van zijn/haar pijn. 23 pijnwoorden hieruit vormen samen de...
Observatieschaal met 36 items met elk een korte toelichting, die door twee verzorgers wordt ingevuld na een observatietraining. Er zijn drie subschalen: Cognitie (11 items), Stemming (7 items) en Sociaal contact (5 items). De antwoorden worden...
Schaal met 24 items die vragen naar leefgewoonten. Uit de drie tot vijf antwoordmogelijkheden moet er één aangekruist worden die het meest van toepassing is.
De test omvat vier subtests: Passieve Woordenschat, Analogieën en Tegenstellingen, Morfologische regels en Bedenken en benoemen.