Testbatterij voor het beoordelen van de ontwikkeling van jonge kinderen op vijf gebieden: Cognitie, Taal, Motoriek, Sociaal-emotionele Ontwikkeling en Adaptief Gedrag. Drie onderdelen worden door een testleider afgenomen: de Cognitieschaal, de...
Test bestaande uit 14 regels met elk 47 items. Op deze regels staan doelstimuli bestaande uit de letter d met twee apostrofs of verticale streepjes en afleidende stimuli. Opdracht voor de geteste is om doelstimuli te identificeren en door te...
Toets voor het meten van het niveau van mondelinge taalontwikkeling bij peuters. De taalontwikkeling is hierbij ingedeeld in vier categorieën:- Passieve woordenschat (15 items);- Definitievaardigheid (12 items);- Kritisch luisteren (8 items);-...
Test bestaande uit 14 regels met elk 47 items. Op deze regels staan doelstimuli bestaande uit de letter d met twee apostroffen of verticale streepjes en afleidende stimuli. Opdracht voor de geteste is om doelstimuli te identificeren en door te...
Test gericht op het meten van snelheid en nauwkeurigheid van het (visueel) waarnemen (selectieve aandacht). Op een pagina zijn 800 cijfers afgedrukt en de opdracht is het aanstrepen van 241 doelcijfers. De 3 en de 7 dienen diagonaal...
Testbatterij gericht op het vaststellen van de algemene mentale en motorische ontwikkeling van het kind. Het instrument bestaat uit drie schalen:- de Mentale schaal (178 items) meet vaardigheden die betrekking hebben op visuele en auditieve...
Evaluatieschaal bestaande uit tien items, die onder de twee schalen vallen: Autonomie (zeven items) en Sociaal Optimisme (drie items). Het centraal stellen van mogelijkheden en competenties wordt in dit instrument benadrukt. De onderzochte...
Vragenlijst met 36 items gericht op cognities na het meemaken van negatieve gebeurtenissen of situaties. Het instrument onderscheidt negen verschillende cognitieve copingstrategieën voor emotieregulatie: 1. Jezelf de schuld geven, 2. Accepteren,...
De batterij bestaat uit 11 onderdelen: 1. Algemene indruk (vrije observatie), 2. Inzicht in eigen functioneren, 3. Episodisch geheugen, 4. Oriëntatie, 5. Diapositieven-onderzoek, 6. Uitgestelde vrije reproductie, 7. Cijferen, 8. Hoofdrekenen,...
De test omvat vier subtests: Passieve Woordenschat, Analogieën en Tegenstellingen, Morfologische regels en Bedenken en benoemen.