Testbatterij voor het beoordelen van de ontwikkeling van jonge kinderen op vijf gebieden: Cognitie, Taal, Motoriek, Sociaal-emotionele Ontwikkeling en Adaptief Gedrag. Drie onderdelen worden door een testleider afgenomen: de Cognitieschaal, de...
Vragenlijst gericht op het kwantificeren van angst bij kinderen met 80 items verdeeld over vijf subschalen:- Angst voor falen en kritiek (FK): 23 items, bij 4 - 6 jarigen 17 items.- Angst voor het onbekende (O): 18 items.- Angst voor kleine...
Toets voor het meten van het niveau van mondelinge taalontwikkeling bij peuters. De taalontwikkeling is hierbij ingedeeld in vier categorieën:- Passieve woordenschat (15 items);- Definitievaardigheid (12 items);- Kritisch luisteren (8 items);-...
Vragenlijst gericht op angstklachten met 69 items verdeeld over negen subschalen:- Separatieangststoornis (12 items): een buitensporige angst om gescheiden te worden van de personen aan wie zij gehecht zijn.- Paniekstoornis (13 items): een...
Testbatterij gericht op het vaststellen van de algemene mentale en motorische ontwikkeling van het kind. Het instrument bestaat uit drie schalen:- de Mentale schaal (178 items) meet vaardigheden die betrekking hebben op visuele en auditieve...
Vragenlijst met 93 vragen gericht op algemene kennis van leidinggeven in de praktijk. Het instrument bestaat uit drie subschalen: Leidinggevende Praktijken (LP, 20 items), Aanbevolen Personeelsbeleid (AP, 30 items) en Opinies van Leidinggevende...
Vragenlijst met 36 items gericht op cognities na het meemaken van negatieve gebeurtenissen of situaties. Het instrument onderscheidt negen verschillende cognitieve copingstrategieën voor emotieregulatie: 1. Jezelf de schuld geven, 2. Accepteren,...
Deze toets maakt deel uit van het DLE Leerlingvolgsysteem en vervangt de Tempo Test Rekenen, (De Vos, 1992). Hij bestaat uit 200 in moeilijkheidsgraad oplopende sommen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen tot 100. Hierbij zijn...
De batterij bestaat uit 11 onderdelen: 1. Algemene indruk (vrije observatie), 2. Inzicht in eigen functioneren, 3. Episodisch geheugen, 4. Oriëntatie, 5. Diapositieven-onderzoek, 6. Uitgestelde vrije reproductie, 7. Cijferen, 8. Hoofdrekenen,...
De test omvat vier subtests: Passieve Woordenschat, Analogieën en Tegenstellingen, Morfologische regels en Bedenken en benoemen.