Persoonlijkheidsvragenlijst, die drie afzonderlijke domeinen meet: persoonlijkheidskenmerken, interpersoonlijke waarden en persoonlijke waarden. Deze benadering maakt het voor HR-professionals en psychologen mogelijk om potentiële discrepanties...
Toets bestaande uit 11 toetskaarten met verschillende moeilijkheidsniveaus (AVI-niveaus). Op elke kaart staat een tekst die door de leerling hardop wordt voorgelezen. Voor elk moeilijkheidsniveau zijn er twee parallelle toetskaarten (A en B)...
Toets bestaande uit leeskaarten waarop woorden staan die hardop moeten worden voorgelezen. Er zijn drie moeilijkheidniveaus en voor elk niveau zijn er drie parallelle kaarten voor herhaalde afname. Op de leeskaarten van het eerste niveau staan...
Schooltoets mettwee vormen. De leerling moet gedurende anderhalve minuut hardop zoveel mogelijk woorden lezen.Toets 90A met 140 woorden met een opklimmende moeilijkheidsgraad, is geschikt voor groep 3 t/m 8. Toets 90B, ook met 140 woorden, loopt...
De schooltoets bestaat uit 200 woorden met een hoge bekendheidswaarde. Het testformulier heeft aan de voorzijde 100 in moeilijkheidsgraad oplopende klankzuivere woorden en aan de achterzijde 100 woorden waarbij geanticipeerd moet worden op...
De schooltoets bestaat uit 12 bladen met 274 in moeilijkheidsgraad opklimmende sommen. Per groep maken de leerlingen steeds twee bladen meer, behalve de reeds volledig goed gemaakte bladen. De toets is een onderdeel van het DLE...
De toets heeft drie niveaus elk met 40 open opgaven.De niveaus komen grotendeels overeen met niveaus 1 t/m 3 van de "Eindtermen Educatie", eerste voorlopige versie (PROVE, 1996). Voor het maken van de toets is een leesvaardigheidsniveau van...
Vragenlijst met 40 items die drie subschalen omvatten: Directe Agressie, Indirecte Agressie en Sociale Wenselijkheid met resp. 16, 19 en 5 items. Respondent moet van elke uitspraak aangeven of deze ‘waar' of ‘onwaar' is.De BDHI-D kan gebruikt...
De batterij bestaat uit 11 onderdelen: 1. Algemene indruk (vrije observatie), 2. Inzicht in eigen functioneren, 3. Episodisch geheugen, 4. Oriëntatie, 5. Diapositieven-onderzoek, 6. Uitgestelde vrije reproductie, 7. Cijferen, 8. Hoofdrekenen,...
Gedurende een zeer korte tijd (1/4 sec.) wordt op een projectiescherm een diabeeld aangeboden. Men moet vaststellen welke objecten zijn waargenomen. Op het antwoordformulier moet men een kruisje zetten bij ieder waargenomen object. Zes objecten...