Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Drie taakgerichte schooltoetsen die bepaalde aspecten van begrijpend lezen beogen te meten, nl. identificeren/afleiden van een hoger begrip uit een aantal concrete begrippen (Begrippenlijst, 28 items), het begrijpen van de betekenis van...
Observatieschaal in te vullen door getrainde verpleegkundigen die de patiënt goed kennen.De schaal heeft 34 items. Er zijn negen subschalen met twee tot zes items:Mobiliteit, Sociale activiteit, Agressief en achterdochtig, Cognitie, ADL,...
Test met negen subtests: synoniemen, getallenreeksen, verbale analogieën, figuuranalogieën, tekens invullen, woorden invullen, figuur uitslagen, categorieën, figuur intekenen.
Observatieschaal met 53 items in te vullen door verplegend of verzorgend personeel in verpleeghuizen of door maatschappelijk werker bij patiënt thuis. De items worden ingevuld op een vijfpuntsschaal van ‘ongestoord gedrag' tot ‘volledig gestoord...