Observatieschaal waarmee het dagelijks doen en laten van de leerlingen en de manier waarop ze met elkaar en met de leerkracht omgaan, wordt beschreven (normaal gedrag).Er zijn twee parallelle vormen (A en B) met elk 52 bipolaire items b.v.:...
Schaal met 24 items die vragen naar leefgewoonten. Uit de drie tot vijf antwoordmogelijkheden moet er één aangekruist worden die het meest van toepassing is.
De schooltoets bestaat uit een werkblad met tekeningen van voorwerpen waarbij een door de leerkracht aangegeven letter moet worden opgeschreven (fonemendictee) en leeskaart met losse letters (grafemenkaart). De toets wordt afgenomen bij...
De test bestaat uit drie equivalente series van 10 kaarten met getekende figuren in opklimmende graad van complexiteit. Er zijn vier wijzen van testafname: A. elke figuur wordt 10 sec. aangeboden, daarna uit geheugen tekenen; B. elke figuur...