Screeningsinstrument met negen verschillende niveaus (niveau 2 tot en met 10). Niveau 4 tot en met niveau 8 wordt standaard aangeboden aan leerlingen die geen beperkingen hebben en die op grond van hun geboortedatum, respectievelijk in groep 4...
Schooltoets voor het vaststellen van het niveau van de Friese leesvaardigheid van leerlingen eind groep 8. De items bestaan uit meerkeuzeopgaven met vier antwoordmogelijkheden die betrekking hebben op teksten. Hierbij zijn verschillende...
Batterij van leerstof-onafhankelijke taaltoetsen op geluidscassettes, bestaande uit negen schriftelijke schooltoetsen nl. een Plaatsingstoets, vier Voortgangstoetsen, twee parallelle Uitstroomtoetsen, een Dictee, een toets om Klanken te...
Deze schooltoets is een vervolg op de Woordenschattoets groep 3 en 4 van het Cito en een onderdeel van het Cito Leerlingvolgsysteem. De toets bestaat uit ruim 100 woorden of uitdrukkingen die op één schaal geordend zijn van makkelijk naar...
Vragenlijst met 20 items die gevoelens en emoties weergeven, zoals ‘Aandachtig', ‘Vijandig', enz. Cliënt geeft aan op een vijfpuntsschaal, van ‘nauwelijks of helemaal niet' tot ‘in sterke mate', in welke mate hij zich de afgelopen twee weken...
Leerdoelgerichte schooltoetsen (niet gebonden aan bepaalde lees- of taalmethode), die begrijpend lezen meten op woordniveau. Eén is bestemd voor VBO en de ander voor MAVO, HAVO en VWO. De woordenschattests hebben 34 resp. 29 items waarbij de...
Schooltoets bestaand uit formulier met vijf kolommen met ieder 40 sommen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen en een gemengde kolom. Langzaam opklimmende moeilijkheidsgraad. In groep 3 worden alleen kolom 1 en 2 afgenomen, in groep 4...
De test heeft twee subtests: Handvaardigheid, met de items ringen op staafjes plaatsen (RI), veterbord (VB), stippen plaatsen (ST), kralen en lucifers in doosjes doen (KR) en Algemene lichamelijke vaardigheid met de items platforms (PL),...
Vragenlijst met 20 items bestaand uit drie of vier pijnbeschrijvende adjectieven geordend naar oplopende intensiteit, b.v. kloppend, bonzend, barstend. Cliënt moet aankruisen welk woord op dit moment het best zijn pijn beschrijft. Niet elk item...
De test bestaat uit drie subtests van de GIT: Cijferen, Legkaart en Woordmatrijs. Elke subtest heeft drie oefenitems, alle items worden aangeboden.