Test met veertien subtests, te weten tien primaire subtests en vier aanvullende, secundaire subtests. Acht subtests waren ook opgenomen in de WISC-IIINL: ‘Blokpatronen’, ‘Overeenkomsten’, ‘Cijferreeksen’, ‘Substitutie’, ‘Woordkennis’, ‘Symbolen...
Op basis van de GALO en GIVO geconstrueerde schriftelijke test met zes subtests die twee factoren meten:I. Taalkundige kennis en inzicht met de subtests Synoniemen, Analogieën en Categorieën,II. De Symbolische factor, die omvat: a. Rekenkundig...
Deze niet-verbale test bestaat uit zes subtests met elk ca. 15 in moeilijkheidsgraad oplopende items. Er zijn drie redeneersubtests: Categorieën, Analogieën en Situaties en drie performale meer ruimtelijke subtests: Mozaïeken, Puzzels en...
Op basis van de GALO geconstrueerde schriftelijke test met zes subtests die twee factoren meten:I. Verbale factor of Taalkundig inzicht, met de subtests Synoniemen, Analogieën en Categorieën;II. Symbolische factor met a. Rekenkundig...
Intelligentietest gericht op zowel de verbale als non-verbale aspecten van het redeneervermogen, bestaand uit acht subtests: vier meten het taalkundig inzicht en vier meten het ruimtelijk inzicht en exact redeneervermogen. Samenstelling van de...
Test met tien subtests: Woordenlijst (20 items), Legkaarten (20 items), Vaaropdrachten (20 items), Sorteren (20 items), Figuurontdekken (20 items), Cijferen (60 sec. en max. 32 items), Draaikaarten (20 items), Matrijzen (19 items), Woordopnoemen...
Testbatterij voor het meten van het algemene intelligentieniveau, bestaande uit veertien subtests, twee schalen en vier indexschalen. De subtests worden in de aanbevolen volgorde afgenomen:1. Onvolledige Tekeningen (25 items).2. Woordenschat (33...
Schooltoetsen (niet gebonden aan bepaalde lees of taalmethode) die per leerjaar één of twee woord- en zinsdictees omvatten. Woorden die in de context van een zin worden voorgelezen moeten foutloos geschreven worden: in de lagere leerjaren...
Schooltoets (2 parallelvormen A en B) die niet gebonden is aan een bepaalde lees- of taalmethode. Na een informatieve tekst moet de leerling vragen beantwoorden die betrekking hebben op woord-, zins- of tekstniveau en kiest daarbij uit vier...
Test bestaand uit vijf verbale en vijf niet-verbale subtests met elk 15 items:1. Zinnen begrijpen, 2. Tekeningen aanvullen, 3. Begrippen schiften, 4. Geometrische figuren samenstellen, 5. Verbaal coderen, 6. Plaatjes schiften, 7. Zinnen...