Schooltoets voor het vaststellen van het niveau van de Friese leesvaardigheid van leerlingen eind groep 8. De items bestaan uit meerkeuzeopgaven met vier antwoordmogelijkheden die betrekking hebben op teksten. Hierbij zijn verschillende...
Schooltoets bestaand uit 60 in moeilijkheidgraad oplopende items. De opgenomen rekencategorieën zijn: optellen en aftrekken met hele getallen, decimalen en breuken; vermenigvuldigen; delen; simultane/complexe bewerkingen; meten, tijd en geld;...
Schaal met 31 in de dagelijkse omgang waarneembare items. Invulling door de dagelijkse begeleiders. Elk item is onderverdeeld in vier in moeilijkheid oplopende subitems. De SRZ heeft vier subschalen: Zelfredzaamheid (Z, 12 items), Taalgebruik...
Schaal met 31 in de dagelijkse omgang waarneembare items. In een gestructureerd vraaggesprek met ouders, verzorgers of begeleiders worden de items van de SRZ-i ingevuld. Elk item is onderverdeeld in vier in moeilijkheidsgraad oplopende subitems....
De schaal wordt als interview afgenomen bij ouder, verzorger of begeleider die het kind goed kent. De afname dient het karakter van een gesprek te hebben; er wordt doorgevraagd naar wat het kind/de jeugdige feitelijk doet, tot de items gescoord...
Schooltoets bestaand uit 60 in moeilijkheidgraad oplopende items. De toets wordt afgenomen in december. De opgenomen rekencategorieën zijn: optellen en aftrekken met hele getallen, decimalen en breuken; vermenigvuldigen; delen;...
De schaal Interacties (SSL-I) bestaat uit 34 items met betrekking tot allerlei vormen van ondersteunende interacties en zeven items die betrekking hebben op negatieve interacties. De positieve interacties zijn onderverdeeld in zes subschalen: 1....
Observatieschaal met 16 items die bezigheden omschrijven m.b.t. onthouden en nadenken. Aan de informant (familielid of verzorgende) wordt gevraagd op vijfpuntsschalen, van "veel beter" via "niet veranderd" tot "veel slechter", aan te geven...
Vragenlijst met 20 items die gevoelens en emoties weergeven, zoals ‘Aandachtig', ‘Vijandig', enz. Cliënt geeft aan op een vijfpuntsschaal, van ‘nauwelijks of helemaal niet' tot ‘in sterke mate', in welke mate hij zich de afgelopen twee weken...
Schaal bestaande uit 60 items die drie subschalen omvatten: Sterkte van excitatie (SE), Sterkte van inhibitie (SI) en Mobiliteit (MO) elk met 20 items. Cliënt moet op vierpuntsschalen van "helemaal eens" tot "helemaal oneens" aangeven of de...