Schooltoets voor het vaststellen van het niveau van de Friese leesvaardigheid van leerlingen eind groep 8. De items bestaan uit meerkeuzeopgaven met vier antwoordmogelijkheden die betrekking hebben op teksten. Hierbij zijn verschillende...
Ordenen bestaat uit twee schooltoetsen met elk 42 opdrachten: voor de jongste kleuters een platenboek en voor de oudste kleuters een platenboek. Beide toetsen kunnen in twee of drie periodes worden afgenomen.Bij elke opdracht moet het goede...
De toets bestaat uit 32 opdrachten voorafgegaan door een oefenitem. Het receptieve deel heeft 27 opdrachten waarbij het kind een plaatje moet aanwijzen en omvat Kleur, Vorm, Vergelijken, Classificeren, Grootte en Tellen. Het tweede deel heeft...
Schooltoets (2 parallelvormen A en B) die niet gebonden is aan een bepaalde lees- of taalmethode. Na een informatieve tekst moet de leerling vragen beantwoorden die betrekking hebben op woord-, zins- of tekstniveau en kiest daarbij uit vier...
De test bestaat uit één item en is gebaseerd op Guilfords SI-model. Men moet zoveel mogelijk relevante aspecten aan een probleem opnoemen.
Vragenlijst met 20 items die gevoelens en emoties weergeven, zoals ‘Aandachtig', ‘Vijandig', enz. Cliënt geeft aan op een vijfpuntsschaal, van ‘nauwelijks of helemaal niet' tot ‘in sterke mate', in welke mate hij zich de afgelopen twee weken...
Observatieschaal met twee delen: I. Afwijkend gedrag (7 trichotome items) en II. Algemeen gedrag (16 visueel analoge schalen). Algemeen gedrag omvat drie factoren: Sociale activiteit, Taalgebruiksstoornis en Zelfverzorging. De vragen worden...
Vragenlijst met 32 beweringen die op een zevenpuntsschaal van ‘helemaal eens' tot ‘volstrekt oneens' worden beantwoord. De items inventariseren het gedachtengoed rond de thema's Veeleisendheid, Beheersing, Gebrek aan vertrouwen in de medemens,...
Vier taakgerichte schooltoetsen die bepaalde aspecten van het begrijpend lezen meten, nl. begrijpen van de betekenis van geschreven woorden (Synoniementest, 30 items), begrijpen van geschreven woorden die telkens elkaars tegenstelling zijn...
Observatieschaal met 39 items die door de leerkracht worden gescoord op een vierpuntsschaal van ‘helemaal niet' tot ‘heel vaak'. De items betreffen gedrag in de klas, participatie in de groep en houding tegenover autoriteit en omvatten vijf...