Schooltoets voor het vaststellen van het niveau van de Friese leesvaardigheid van leerlingen eind groep 8. De items bestaan uit meerkeuzeopgaven met vier antwoordmogelijkheden die betrekking hebben op teksten. Hierbij zijn verschillende...
Test bestaande uit 14 regels met elk 47 items. Op deze regels staan doelstimuli bestaande uit de letter d met twee apostrofs of verticale streepjes en afleidende stimuli. Opdracht voor de geteste is om doelstimuli te identificeren en door te...
Toets voor het meten van het niveau van mondelinge taalontwikkeling bij peuters. De taalontwikkeling is hierbij ingedeeld in vier categorieën:- Passieve woordenschat (15 items);- Definitievaardigheid (12 items);- Kritisch luisteren (8 items);-...
Test bestaande uit 14 regels met elk 47 items. Op deze regels staan doelstimuli bestaande uit de letter d met twee apostroffen of verticale streepjes en afleidende stimuli. Opdracht voor de geteste is om doelstimuli te identificeren en door te...
Test gericht op het meten van snelheid en nauwkeurigheid van het (visueel) waarnemen (selectieve aandacht). Op een pagina zijn 800 cijfers afgedrukt en de opdracht is het aanstrepen van 241 doelcijfers. De 3 en de 7 dienen diagonaal...
Observatieschaal met drie subschalen:Persoonlijkheidsontwikkeling en sociaal-emotioneel gedrag, waarin aspecten als zelfredzaamheid, zelfvertrouwen, zelfregulering, weerbaarheid e.d. aan bod komen;Motoriek waarin zowel de grove als fijne...
Projectieve methode bestaand uit 160 stukjes speelgoed: objecten die men buitenshuis aantreft zoals huizen, kerk, auto's, mensen, bomen, tamme en wilde dieren etc. Het kind krijgt de opdracht om een dorp te maken. Het spel dient twee keer...
Observatieschaal in te vullen door de leerkracht. Omvat de subschalen Tijdsbegrip, Ruimtebegrip, Voorwaarden voor getalbegrip, Motoriek, Geheugen, Sociale cognitie, Taal, Spelontwikkeling, Zelfredzaamheid, Leesvoorwaarden en Sociaal-emotionele...
De test omvat vier subtests: Passieve Woordenschat, Analogieën en Tegenstellingen, Morfologische regels en Bedenken en benoemen.
De vragenlijst bestaat uit 52 items met de volgende schalen: Welbevinden (W), Invaliditeitsbeleven (I), Ontstemming (O), Sociale geremdheid (S). Antwoordcategorieën: juist/?/onjuist.