Vragenlijst met 127 items in de vorm van stellingen met drie antwoordmogelijkheden (‘juist', ‘onjuist' en ‘?') . Er worden vijf hoofdfactoren onderscheiden met 13 onderliggende schalen:1) Eigenwaarde/zelfwaardering: subjectief geheel aan...
Methode bestaande uit twee parallelvormen A en B, elk met 45 opgaven. De opgaven zijn in groepen van 5 verdeeld over negen schalen:1. Vergelijken: het vergelijken van objecten op kwalitatieve en kwantitatieve kenmerken.2. Hoeveelheden koppelen:...
De test bestaat uit een boek met 60 getekende plaatjes van opklimmende moeilijkheidsgraad. Het object en soms enige onderdelen moeten door het kind benoemd worden. Aanwijzingen voor de scoring.