Test met negen subtests: synoniemen, getallenreeksen, verbale analogieën, figuuranalogieën, tekens invullen, woorden invullen, figuur uitslagen, categorieën, figuur intekenen.
De test bestaat uit een boek met 60 getekende plaatjes van opklimmende moeilijkheidsgraad. Het object en soms enige onderdelen moeten door het kind benoemd worden. Aanwijzingen voor de scoring.
Vragenlijst, voor jongens en meisjes aparte formulering, met 252 uitspraken betreffende ontwikkelingsaspecten. De ouders of verzorgers die het kind goed kennen, geven m.b.v. drie antwoordcategorieën aan of het kind het beschreven gedrag al dan...