De test bestaat uit een boek met 60 getekende plaatjes van opklimmende moeilijkheidsgraad. Het object en soms enige onderdelen moeten door het kind benoemd worden. Aanwijzingen voor de scoring.
Schaal met 18 uitspraken over gezondheid en ziekte. Cliënt moet op een zespuntsschaal invullen in welke mate hij het met de uitspraak eens is. Er zijn drie subschalen: Interne oriëntatie, Artsoriëntatie en Kansoriëntatie met ieder zes items.
Schaal met 20 uitspraken waarbij men bij elke uitsspraak op een vierpuntsschaal moet aangeven in welke mate ze de laatste tijd van toepassing zijn. De items hebben betrekking op het affect (2), op fysiologische (8) en psychologische (10)...