Test bestaande uit 9 subtests en 2 vragenlijsten:- Zinnen Begrijpen (ZB): een plaatje aanwijzen dat de aangeboden zin weergeeft.- Woordstructuur (WS): een zin aanvullen met de gevraagde woordvorm.- Actieve Woordenschat (AW): een ding, persoon of...
De test bestaat uit een boek met 60 getekende plaatjes van opklimmende moeilijkheidsgraad. Het object en soms enige onderdelen moeten door het kind benoemd worden. Aanwijzingen voor de scoring.
Schaal met 18 uitspraken over (na)denken die op vijfpuntsschalen van ‘geheel mee oneens' tot ‘geheel mee eens' beantwoord moeten worden. Kan worden gebruikt voor researchdoeleinden.
Methode van materiaalverzameling die telkens aan het door de onderzoeker te behandelen probleem moet worden aangepast. Voor de oorspronkelijke versie en de modificaties zie Persoonlijke Psychologie I en II, Bonarius, 1980.