Schooltoets met één opdracht (19 items) die de passieve woordenschat meet en drie opdrachten (54 items) die de actieve woordenschat meten. De leerling moet een woord uit vier alternatieven kiezen, afbeeldingen benoemen, woorden afleiden uit...
Test met negen subtests: synoniemen, getallenreeksen, verbale analogieën, figuuranalogieën, tekens invullen, woorden invullen, figuur uitslagen, categorieën, figuur intekenen.
De test bestaat uit een boek met 60 getekende plaatjes van opklimmende moeilijkheidsgraad. Het object en soms enige onderdelen moeten door het kind benoemd worden. Aanwijzingen voor de scoring.
Schaal met 18 uitspraken over (na)denken die op vijfpuntsschalen van ‘geheel mee oneens' tot ‘geheel mee eens' beantwoord moeten worden. Kan worden gebruikt voor researchdoeleinden.
Observatieschaal met acht pijngedragingen waarvan de intensiteit of frequentie wordt beoordeeld op een driepuntsschaal. Tijdens de observatieperiode wordt de patiënt gevraagd te lopen, te staan e.d. De observatoren moeten getraind worden in de...
Op basis van statistische en inhoudsanalyses werden de meest representatieve items uit de DVK geselecteerd. De formulering van de items kreeg een algemeen karakter. Ook bij deze vragenlijst moeten de resulterende negen items met ‘waar' of ‘niet...
Observatieschaal met 35 gedragsaspecten die door medewerkers van de verpleging of verzorging op een driepuntsschaal worden gescoord. De subschalen zijn 1. Hulpbehoevendheid, 2. Agressiviteit, 3a. Lichamelijke invaliditeit, 3b. Depressief gedrag,...