Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Testbatterij bestaande uit negen subtests:1. Ruimteschepen (selectieve aandacht): het kind moet zoveel mogelijk doelen of paren van twee dezelfde ruimteschepen vinden op een blad met afleidende stimuli.2. Tel mee (volgehouden aandacht): het kind...
Vragenlijst met 15 items. Men moet op vierpuntsschalen aangeven hoe vaak de uitspraak de afgelopen zeven dagen van toepassing is geweest. Zeven items hebben betrekking op herbeleving van het gebeurde, acht items op vermijding van gedachten en...
Per schaal 320 activiteiten en gebeurtenissen waarbij de mate van plezierigheid resp. onplezierigheid en de frequentie moet worden aangegeven op een driepuntsschaal. De PES heeft een aparte 48 items tellende stemmingsgerelateerde subschaal MR,...
Twee schalen: Vropsom-M en Vropsom-O. Elke lijst bestaat uit 22 woorden die een dysfoor gevoel uitdrukken en 12 woorden die een eufoor gevoel betreffen. Men moet die woorden aankruisen die aangeven hoe men zich meestal voelt. De VROPSOM-lijsten...