Niet-verbale test met 90 items die bestaat uit zes subtests met elk 13 tot 17 in moeilijkheidsgraad oplopende items. Er zijn drie redeneersubtests: ‘Categorieën’, ‘Analogieën’ en ‘Situaties’ (de ‘Redeneerschaal’) en drie meer ruimtelijke...
Methode bestaande uit twee parallelvormen A en B, elk met 45 opgaven. De opgaven zijn in groepen van 5 verdeeld over negen schalen:1. Vergelijken: het vergelijken van objecten op kwalitatieve en kwantitatieve kenmerken.2. Hoeveelheden koppelen:...
Test bestaande uit 240 groepjes van 2, 3 of 4 piepjes, auditief aangeboden op de computer. Opdracht voor de cliënt is om bij het herkennen van een groep van drie piepjes te reageren door op de spatiebalk te drukken. De tijd tussen de...