Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
De vragenlijst bestaat uit 52 items met de volgende schalen: Welbevinden (W), Invaliditeitsbeleven (I), Ontstemming (O), Sociale geremdheid (S). Antwoordcategorieën: juist/?/onjuist.
Observatieschaal met 28 items die drie subschalen omvatten: Apathie (9 items), Cognitie (9 items) en Affect (10 items) met vier antwoordcategorieën. De schaal wordt ingevuld door twee ziekenverzorgers/verpleegkundigen die de patiënt dagelijks...