Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Observatieschaal in te vullen door (2) ziekenverzorgers/verpleegkundigen die de patiënt dagelijks meemaken. Er zijn 14 subschalen met totaal 82 items met vier antwoordcategorieën. De schalen zijn afzonderlijk toe te passen en betreffen het...
Schaal met 36 beweringen verdeeld over vier subschalen:V. verwerking van het gehandicapt zijn; HO. het als hinderlijk ervaren om van hulp afhankelijk te zijn; SO. sociale consequenties van het gehandicapt zijn; BO. bodem, emotionele geaardheid...