Methode bestaande uit twee parallelvormen A en B, elk met 45 opgaven. De opgaven zijn in groepen van 5 verdeeld over negen schalen:1. Vergelijken: het vergelijken van objecten op kwalitatieve en kwantitatieve kenmerken.2. Hoeveelheden koppelen:...
De CBV heeft 10 items, die betrekking hebben op gevoelens en gedachten die respondent in het algemeen heeft vóór een wedstrijd. Er zijn vijf afleidingsitems. Drie antwoordmogelijkheden. De CBV wordt niet direct vóór een wedstrijd afgenomen maar ...
De vragenlijst bestaat in twee uitvoeringen: de Likertvorm (bedoeld voor vergelijkingen tussen groepen per behoeftencategorie) en de Q-sort vorm (bedoeld voor vergelijkingen tussen behoeftencategorieën binnen één persoon).Beide uitvoeringen...