De test bestaat uit een boek met 60 getekende plaatjes van opklimmende moeilijkheidsgraad. Het object en soms enige onderdelen moeten door het kind benoemd worden. Aanwijzingen voor de scoring.
Het begeleidingsinstrument bestaat uit een formulier voor de leraren, waarbij men voor elke leerling op een zespuntsschaal aan moet geven in hoeverre men denkt dat die leerling het diploma zal halen. Daarnaast wordt aan de leerling een lijst van...
Vragenlijst met tien items waarbij cliënt gevraagd wordt hoe hij zich op een bepaald moment voelt (toestandsboosheid) en tien items die vragen naar hoe hij zich in het algemeen voelt (boosheidsdispositie). Cliënt antwoordt op een vierpuntsschaal...